Boeddhisme

Inleiding

Het Boeddhisme kennen we vooral vanuit de Oosterse landen. Er zijn steeds meer mensen met een beeldje van ‘de Boeddha’ in hun huis, zonder dat men weet wat deze religie eigenlijk gelooft. Deze pagina legt uit waar het vandaan komt, wat het geloofd en hoe (on)gevaarlijk deze religie is. We tonen hier de meest opvallende zaken in een relatief kort en dus gemakkelijk te lezen tekst.

Oorsprong

Het Boeddhisme is ontstaan in de 5e eeuw voor Christus. Het begon met Gautama Boeddha die wordt gezien als de eerste Boeddha. 

Op een dag ging Gautama onder een boom zitten. 48 dagen at of dronk hij niet, totdat hij een openbaring kreeg. Op de negenenveertigste dag kreeg hij inzicht in zijn vorige levens, en zekerheid over de oorzaken van het lijden van de mens en hoe dat lijden kan worden weggenomen. Hierdoor was hij een ontwaakt persoon, de Boeddha.

Het principe van één mens die een ‘bovennatuurlijke ervaring’ krijgt met daarin een ‘nieuwe boodschap’ is iets van overeenkomt met veel sektes, zoals de Islam, Mormonisme en Jehova Getuigen. Ook die sektes zijn begonnen met een ‘vreemde openbaring’ die hen tot nieuw inzicht bracht. Dit in sterk contrast met bijvoorbeeld het Christendom, wat niet gebaseerd is op een openbaring van één persoon, maar op honderden voorspellingen en tientallen profeten.

boedhisme

Kenmerken

Kenmerk 1: Het streven naar 'minder lijden in je leven'

Het Boeddhisme heeft veel weg van wat we in de Westerse wereld kennen als ‘New Age’. Een overeenkomst is dat er losmaking kan worden gezocht van het materialisme en het losmaken van andere zaken waaraan je gehecht bent. Hierdoor zou je minder lijden in je leven ervaren.

Kenmerk 2: Meditatie

Net zoals binnen het Hindoeïsme en New Age is meditatie veelvoorkomend. Praktiserende Boeddhisten proberen hiermee de ‘verlichte’ staat te bereiken zoals de eerste Boeddha, Gautama, dit bereikt had, door een connectie met de wereld buiten jezelf te krijgen.

Kenmerk 3: Vier nobele waarden

De vier nobele waarheden beschrijven het lijden, de oorzaak hiervan, de mogelijkheid om er van verlost te worden, en de weg om deze verlossing te bereiken. Deze waarheden worden soms ook geformuleerd in termen van de aanwezigheid van geluk, haar oorzaak, de afwezigheid ervan en de oorzaak van deze afwezigheid. De vier nobele waarheden in de klassieke definitie zijn:

  • Er is lijden en ontevredenheid in het leven
  • Er is een oorzaak voor dit lijden: verlangens
  • Er is een einde aan dit lijden mogelijk
  • En er is een weg die hiernaartoe leidt: Het Achtvoudige Pad.

Kenmerk 4: Karma en Reïncarnatie

Het concept ‘Karma’ komt vanuit het Hindoeïsme. Het Boeddhisme heeft dit in principe overgenomen. Veel (niet alle) Boeddhisten geloven hier dus ook in. Dit houdt kortgezegd in dat je goede dingen kunt verwachten als je goede daden doet, en dat je slechte dingen kunt verwachten als je slechte daden doet. 

Het Boeddhisme gelooft ook dat je na de dood opnieuw begint, waarbij je status afhangt van je karma in je vorige leven. Uiteindelijk stopt het nooit.

De Bijbel leert echter dat je maar één leven hebt, waarna er een eeuwige hemel en eeuwige hel is. Je hebt dus maar één kans op de goede keuze te maken. (Zie pagina over Christendom).